Dankwoord van de heer Miedema menwerking tussen Bond en Overheid is, dat Uw- uitdrukkingswijze ook in de mond van een overheidsdienaar past) van een van de beste Nederlandse documentaires „Prijs de Zee" van Herman van der Horst, een film, die in opdracht en voor rekening van het Departement van O.K.W. werd gemaakt. En als straks Uw feestelijkheden zullen zijn geëindigd zullen wij opnieuw samen komen om de nieuwste speelfilm van Bert Haanstra, naar ik vertrouw, met „Fanfa- re's" binnen te halen. Dit moge ietwat op timistisch lijken; naar mijn mening heeft Haanstra met zijn film „Glas" dit jaar op nieuw bewezen, dat Nederland in de we reld van de film een rol speelt. Dat een dergelijke artistieke groei in de laatste tien jaren is mogelijk geworden, stemt tot grote dankbaarheid en ik meen U allen en mijzelf te mogen gelukwensen met deze vooruitgang op artistiek niveau. Dit resultaat is bereikt door veler inspan ning. En Uw Bond heeft hiertoe belangrijk bijgedragen. Zo bracht het Nederlands journaal niet alleen heel het jaar door de Nederlandse taal in de bioscopen, maar wist het vorig jaar de eerste prijs in Vene tië te verwerven, terwijl ook dit jaar een onderscheiding werd verworven. Ik denk ook nog aan andere verdiensten van Uw Bond. Zo heeft Uw vertegenwoor diger in de Raad voor de Kunst mede waarde gegeven aan de adviezen van deze instantie. Op de rol, die de studio's speel den, heb ik reeds gewezen. Uw bioscoop theaters vertoonden de journaals en de Nederlandse films, Uw- filmverhuurkanto ren sloten hiervoor contracten af: in één woord heel Uw Bond was bij dit verheu gend proces betrokken. Filmvertoning, een uiterst belang rijke taak, die grote verant woordelijkheid schept Mijnheer de Voorzitter ik moge bij hetgeen ik reeds zeide, speciaal nog op een facet wijzen. De smaak van het publiek en ook de houding en het gedrag wordt in belangrijke mate beïnvloed door de film, de film, die voor tallozen, ouderen èn iongeren voor een deel de verpozing is! Dit schept voor U een wel uiterst belang rijke taak, een inderdaad niet lichte ver antwoordelijkheid. Voor de „smaakvor- ming". voor de stijl, voor het geestelijk welzijn van ons volk is hetgeen U doet wel zéér en zéér belangrijk. Ik weet en ik ver heug me er over, dat U zich daarvan re kenschap geeft. Zoals de resolutie van Lau- sanne van de Union Internationale de 1'Exploitation Cinématographique wel zéér terecht te kennen geeft, is de tendens naar de immoraliteit van bepaalde filmproduc ties te betreuren een tendens, die in wezen de filmexploitatie desastreus zou kunnen doen worden voor het algemeen welzijn, voor de geestelijke veerkracht van tallozen. Als er derhalve reden is tot dankbaar heid vanwege hetgeen Uw Bond deed voor de vooruitgang ook op artistiek niveau van de filmproductie, dan wil ik tevens met name het algemeen aspect van Uw verant woordelijkheid, ten aanzien van de beïn vloeding door dit zo uiterst suggestieve medium voor het algemeen geestelijk wel zijn van „het publiek" benadrukken. Uw Bond verrichtte in de afgelopen veer tig jaar belangrijk werk. Ik moge de Bond toewensen, dat nog vele jaren dit werk zal worden voortgezet, niet alleen tot bloei van de Bond en ten voordele van de aan gesloten leden, maar vooral ook in de geest als ik zo even mocht uiteenzetten tot heil van het Nederlandse volk. Mijnheer de Voorzitter, het verheugt me bijzonder, dat de waardering voor hetgeen door Uw Bond, door Uw Bestuur en met name door U persoonlijk, door Uw zo voortreffelijke leiding, is verricht a.h.w. tastbaar kon worden door het feit, dat ik U mag mededelen, dat het Hare Majesteit de Koningin behaagd heeft U als Voor zitter van de Nederlandsche Bioscoop-Bond en in U deze Bond te onderscheiden met een koninklijke onderscheiding. Hare Majesteit heeft U benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau, daarmede de erkentelijkheid van de Kroon tot uitdruk king brengend voor wat U en de Neder landsche Bioscoop-Bond gedaan hebben voor het Nederlandse filmwezen. Het is voor mij een grote vreugde U hierbij de versierselen, behorende bij deze onderschei ding, alsmede het afschrift van het desbe treffend Koninklijk Besluit, te mogen over handigen" Op het vernemen van deze mededeling betuigde de vergadering, als één man op gerezen, door een geestdriftig applaus dat uitgroeide tot een ware ovatie, haar instem ming met dit Koninklijk besluit, terwijl de Staatssecretaris de heer Miedema het ere teken op de borst spelde. De Bondsvoorzitter beantwoordde deze toespraak van Mr. Höppener als volgt: „Excellentie, dames en heren. U zult begrijpen, dat deze buitengewone verras sing invloed heeft op een juiste woorden- keus en U zult het mij wel willen vergeven, als ik in gebreke blijf mijn gevoelens van dit ogenblik op de juiste wijze tot uiting te brengen. Gevoelens van grote dankbaar heid gaan in de eerste plaats uit naar Mare Majesteit de Koningin, die mij waar dig keurde deze onderscheiding te dragen en daarnaast ben ik Uwe Excellentie en hun die ter zake van advies hebben ge diend buitengewoon erkentelijk. Het ver heugt mij, dat U in Uw laatste woorden onderstreepte, dat dit een hulde is van de Kroon voor wat onze organisatie, de Ne derlandsche Bioscoop-Bond, heeft gedaan voor het Nederlandse filmwezen. Dat ik het mag zijn, die deze onderscheiding mag De hoornbluzende Triton op het gedenk teken van het graf van De Ruyter sym boliseert de eeuwige roepstem van de zee. in Herman van der Horst nieuwste film „PRIJS DE ZEE...". welke met zoveel suc ces vertoond werd op de op 2 October ge geven galavoorstel ling, waarmede het Bondsjubileum beslo ten werd.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1958 | | pagina 9