Gelukwensen van de
Voorzitter van de
Bedrijfsafdeling
Filmverhuurders
enerzijds èn tussen het Hoofdbestuur en
deze afdelingen anderzijds. De Raad trad
daarbij op als verbindingsschakel en pleit
bezorger van de wensen en verlangens die
in de verschillende afdelingen leefden en
welke, indien van algemeen belang geacht,
steeds ter kennis van het Hoofdbestuur
werden gebracht, terwijl hij tevens meer
malen naar beide zijden adviserend op
trad in organisatorische- en bedrijfsaan-
gelegenheden. Het was daarbij voor onze
Raad van belang, dat het Hoofdbestuur
werd vertegenwoordigd door een gedele
geerde.
Door de voortdurend toenemende vraag
stukken op economisch en sociaal gebied
en de volkomen veranderde omstandighe
den na de tweede wereldoorlog werd niet
temin in toenemende mate behoefte gi
voeld aan een versterking van de Afde-
lingsraad, uitbreiding van het aantal ver
tegenwoordigers per afdeling, alsmede een
versteviging van de band met het Hoofd
bestuur.
Dit leidde ertoe, dat tenslotte de alge
mene ledenvergadering in 1953 een voorstel
goedkeurde tot wijziging van het Uniform
Reglement, waarmede de Raad in de Reg
lementen werd erkend als een Bondsor-
gaan. De uitsluiting van de leden-exploi-
tanten uit het Hoofdbestuur van het lid
maatschap van de Afdelingsraad was hier
mede van de baan en van meet af aan
werd bevorderd dat de vier Hoofdbestu ing
leden-exploitanten ook deel zouden uitma-
Ken van de Afdelingsraad, (die in de
practijk trouw in onze vergaderingen aan
wezig zijn).
Wanneer ik dit speciaal op deze jubi
leumzitting nog eens vermeld, is het niet
zo zeer, omdat ik er behoefte aan heb
de geschiedenis van de Afdelingsraad te
memoreren, dan wel om aan de hand van
dit beknopte overzicht aan te tonen, hoe
zeer het Hoofdbestuur steeds en op tijd
begrip heeft gehad niet alleen voor de ge
rechtvaardigde verlangens der exploitan
ten, maar ook voor de noodzakelijke wij
zigingen die het structuurbeeld van eer.
organisatie op een gegeven ogenblik be
hoeft.
Van de andere kant zijn wij er een beet
je trots op, dat in onze gelederen sterk
het gevoel leeft, een steunpilaar van het
Hoofdbestuur te zijn bij zijn moeilijk werk.
Gelukkig is door deze nauwe samen
werking ook wederzijds begrip en waar
dering ontstaan voor eikaars drijfveren en
belangen.
Gaarne wil ik getuigenis afleggen var
het feit, dat bij alle onvervulde wensen,
die nu eenmaal overal aanwezig zijn, er
voor ons veel reden is voor grote voldoe
ning over het bestaan van onze organisatie
en het feit, dat wij daarvan deel uitmaken
Wij zijn ons er terdege van bewust, da!
hoeveel bezwaren er soms verbonden kun
nen zijn aan een samengaan van tegenge
stelde belangengroepen, ons aller belang
toch het meest gediend is met een voort
gezette samenwerking in de hechte ge
meenschap, die de Nederlandsche Bio
scoop-Bond nu al veertig jaar is geweest
en naar wij hopen tot in lengte van dagen
zal blijven.
Moge Uw Bestuur er onder de bekwame
leiding van U, Mijnheer de Voorzitter, in
-lagen onze krachten gebundeld te houden
en te versterken en moge het de wijsheid
vinden ons bedrijf veilig te loodsen langs
de klippen, die het van tijd tot tijd op zijn
weg tegenkomt.
Hoofdbestuur
leden insluiten -
- en ik mag hierbij alle
hartelijk gelukgewenst
Maar bij een gelukwens behoort een
bloemetje, doch omdat bloemen verwelken
en de liefde eeuwig blijft bestaan, meende
ilc Raad U een schilderij te moeten schen
ken, opdat U in de vergaderingen uit de
aanblik van de daarop afgebeelde rozen
de kracht zult vinden tot het nemen van
wijze besluiten."
Onder luide bijval van de vergadering
overhandigde de Voorzitter van de Afde
lingsraad hierbij een fraai schilderstuk, dat
door de heer Miedema met een stevige
handdruk gaarna werd aanvaard.
De Bondsvoorzitter zegde de heer van
Willigen dank voor de gelukwensen aan
hem persoonlijk en aan het adres van het
Hoofdbestuur gericht, alsmede voor het
gegeven historisch overzicht van de Afde
lingsraad. Dit laatste had spreker in het
bijzonder deugd gedaan, omdat hij bij de
geboorte van deze Raad aanwezig was ge
weest. Spreker herinnerde zich, dat de Af
delingsraad destijds was bedoeld als tegen
pool van de Bedrijfsafdeling Filmverhuur
ders, welke afdeling toen als het summum
van organisatietalent werd afgeschilderd.
Het had spreker verheugd, dat de heer van
Willigen gewezen had op het feit, dat er
thans een goede verstandhouding bestaat
met het Hoofdbestuur. Dat was wel eens
anders geweest. Toen spreker n.1. Voor
zitter was van de Raad, raakte hij na de
eerste maanden al slaags met de Voorzit
ter van de Bond. Ook was er wel eens ge
zegd, dat de jonge boreling niet erg wel
kom was. Nu is dat anders geworden. De
verstandhouding is uitstekend en allen zijn
wij voldaan over het feit, dat in de Afde
lingsraad thans vier leden-exploitanten uit
het Hoofdbestuur zitting hebben. De heer
Miedema eindigde zijn dankwoord met het
uitspreken van de hoop, dat de heer van
Willigen nog lang het presidium van de
Afdelingsraad zal mogen bekleden.
Deze wens werd door de vergadering nog
eens met een bijzonder hartelijk applaus
onderstreept.
De heer H. S. Boekman verklaarde al
lereerst, dat hij het een buitengewoon ver
erende taak achtte om de Voorzitter van
de Bond namens de leden van de Bedrijfs
afdeling Filmverhuurders van harte geluk
te wensen met de hem verleende Konink
lijke Onderscheiding en hoopte, dat de
Voorzitter deze nog vele jaren in gezond
heid zou mogen dragen.
„Reeds 37 jaar maken de filmverhuur
ders als groep deel uit van de Bond", zo
vervolgde spreker, „en het is in al die ja
ren maar zelden voorgekomen, dat de groep
filmverhuurders de mogelijkheid heeft
overwogen uit de Nederlandsche Bioscoop-
Bond te treden en een eigen bond te vor
men. Als wel eens aan die mogelijkheid
werd gedacht, dan werd zij steeds gewogen
en te licht bevonden.
Toch bestonden en bestaan er van nature
sterke spanningen tussen de groep film
verhuurders en de groep bioscoopexploi-
De heer C, van Willigen, Voorzitter van
de Afdelingsraad, bracht het Hoofdbestuur
de gelukwensen van dit College over.
12